We voelen ons allemaal weleens een loser. Ik wel in elk geval.
Laatst nog zag ik een paar collega’s die een art retraite in Frankrijk geven voor een organisatie die mij ook ooit eens heeft benaderd. “Haal ik er wel alles uit wat erin zit?” vroeg ik me af. En het antwoord is: nee, ik haal er lang niet alles uit wat erin zit. Kan ook niet.

Keuzes maken

Steeds opnieuw maak je keuzes over wat bij je past en wat niet. Door te scrollen op internet verwerk je een constante stroom aan mogelijkheden van wat je met je leven kunt doen. Ik wil soms wel 100 dingen tegelijk en dan herinner ik me eraan dat ik maar één leven heb, en dat niet kan vullen met alle dingen die tien verschillende mensen doen. Of zoals ik eens op mijn blog postte: just because you can, doesn’t mean you should.

Analyseren

Als je een steek van jaloezie voelt prikkelen (of je voelt je een loser), vraag jezelf dan af wat er schuilt onder dat gevoel. 
Waarom wil ik een retraite geven?Omdat zoveel illustratoren dat doen!”. Maar zoals mijn moeder vroeger eens tegen me zei: “Omdat de rest in de sloot springt, hoef jij er niet bij te springen”. Geen valide reden dus. Als ik na een paar keer ‘waarom’ vragen erop uit kom dat ik gelukkig zou worden van een retraite geven, dan is het valide.
Zo was ik ook een tikkie jaloers op een illustrator die een prentenboek maakte voor een Britse uitgever. Ik vroeg mezelf steeds ‘waarom?’ totdat ik erachter kwam dat dat wél is wat ik echt wil voor mijzelf. Een paar keer ‘waarom’ vragen en je hebt een stuk helderder wat er onder die ‘moetjes’ schuilen.

Ego voeden

Als we jaloezie voelen, is dat vaak ons ego dat aandacht eist. Meer geld moeten verdienen terwijl we helemaal niet zoveel nodig hebben, een boek voor een uitgever gemaakt hebben want ‘dan tellen we echt mee’, of 100.000 volgers op social media willen bijvoorbeeld. In veel gevallen is het zoeken naar validatie van buitenaf. Dat is heel mens-eigen, maar het maakt je niet per se gelukkiger, ook niet nadat je die validatie hebt gekregen. Er zal altijd weer een hogere trede op de trap zijn die je dan moet behalen. Onbegonnen werk dus, en niet goed voor je mentale welzijn.

Kernwaarden

Wat mij verder helpt is kijken naar mijn kernwaarden, waar ik het vorige maand over had. Als ik denk dat ik iets moet doen, dan check ik, naast ‘waarom?’, aan de hand van mijn kernwaarden of dat echt iets is wat bij mij past en van mij is, en niet van mijn validatie-zoekende-ego. 
Maar een nachtje erover slapen doet vaak ook wonderen. In de ochtend moet ik opeens veel minder van mezelf. En wil ik dat gevoel langer vasthouden, dan scroll ik een dagje niet. Zo probeer ik op koers te blijven.

Het is helemaal terug van… nou ja, niet ‘weggeweest’, maar het was lang stil rondom de nieuwsbrief.
Nu social media steeds minder kansen biedt om gezien te worden, is de nieuwsbrief een goede manier om je werk als (beeld)maker in de kijker te spelen.
Want hierbij heb je geen last van algoritmes of dat je werk enkel gezien wordt als je heel veel likes krijgt. Een nieuwsbrief ploft altijd in de inbox van abonnees!
Als illustrator, kunstenaar of fotograaf hik je er misschien een beetje tegenaan om te schrijven in plaats van beeld te maken, maar een goed begin is het halve werk.

Hoe begin je een nieuwsbrief? Hieronder vind je 5 tips om een goede basis op te bouwen.

Wil je leren hoe je een goede nieuwsbrief maakt, die bij jou past? Doe dan mee met de online class!

1. Welk nieuwsbrief-platform kies je?

De keuze is reuze: Mailchimp, Flodesk, Mailerlite en de vreemde eend in de bijt: Substack. En dan nog een tiental meer. Welke moet je kiezen?
Als je een keuze maakt, is het van belang om van te voren te weten wat jij precies nodig hebt. Hoeveel subscribers (aka: abonnees/mensen die zich inschrijven) denk je te kunnen verzamelen? Hoeveel ben je bereid per maand te betalen? Wil je gebruik maken van A/B-testing? Wil je kunnen zien waar je subscribers vandaan komen?

Voor beginners is Mailchimp vaak de beste keuze. Het is gratis tot 500 subscribers, en erg gebruiksvriendelijk. Ik begon in 2010 met Mailchimp en heb het tot 2020 gebruikt. Ik besloot meer tijd te investeren in mijn nieuwsbrieven en groeide snel boven de 2.000 (wat tot 2020 de limiet was), waardoor Mailchimp te duur werd. Omdat het in de meeste gevallen een tijdje duurt voordat je op 500 subscribers zit, is Mailchimp de meest toegankelijke optie voor beginners.

Sinds 2020 gebruik ik Flodesk. Bij hen betaal je een vast bedrag per maand/jaar, ongeacht hoeveel subscribers je hebt. Daarbij is het heel gebruiksvriendelijk en kun je, naar mijn mening, veruit de mooiste nieuwsbrieven op dit platform maken. Nadeel van Flodesk is dat veel technische opties, zoals A/B-testing en referrals, niet mogelijk zijn.

Substack wordt steeds populairder onder illustratoren en werkt anders: het is meer een blog dan een nieuwsbrief, en voornamelijk gericht op langere teksten schrijven. Het valt onder het kopje nieuwsbrieven omdat mensen zich kunnen inschrijven voor updates. Per update (blogpost) wordt er dan een mail gestuurd naar subscribers. Ook kunnen subscribers reacties achterlaten onder elke post, dus je creëert veel meer interactie dan bij een reguliere nieuwsbrief.

Ik overweeg om over te stappen op Mailerlite, omdat deze meer opties biedt dan Flodesk, zoals A/B-testing en het biedt soortgelijke opties als Substack. Omdat ik nog geen ervaring heb met dit platform, kan ik er nog niet veel over zeggen.

2. Laat je maillijst groeien

Om meer subscribers op je maillijst te krijgen, is het van belang dat ze weten dat je een nieuwsbrief hebt. Klinkt logisch, maar veel mensen verstoppen hun nieuwsbrief haast. Plaats daarom heel duidelijk een ingebouwd inschrijfformulier op je website. Nog beter: aan de onderkant van elke pagina.
Daarbij moet het su-per-simpel zijn voor mensen om zich in te schrijven. Gebruik daarom altijd een inschrijfformulier. Ga niet hannesen met ‘stuur me een mail met je naam zodat ik je op mijn lijst kan zetten’. Het is geen 1998 meer, en inschrijfformulieren zijn binnen een paar minuten gemaakt. Maak de drempel zo laag mogelijk!

3. Wees geen spammer

Zet nooit zomaar mensen op je maillijst. Ook niet als je ze kent of eerder met ze hebt gemaild over bijvoorbeeld een werkgerelateerd onderwerp. Dat is namelijk in strijd met de Europese wet. Iemand moet zich zelf aan hebben gemeld via jouw inschrijfformulier. Stuur je zomaar een nieuwsbrief, dan kan dat gerapporteerd worden als SPAM (meer over GDPR). Hoe dat precies zit, leg ik uit in mijn online class.

4. Maak duidelijk wie de afzender is

Heel veel nieuwsbrief-verstuurders vergeten te melden wie ze zijn.
Gebruik bij de afzender altijd de naam waarmee je bekend bent bij mensen, en zet deze vooraan. Dus niet: ‘Beeldend kunstenaar en galeriehouder Annemieke ten Broeke’. Veel te lang en ook: mailproviders korten het af. Dan staat er alleen ‘Beeldend kunstenaar en …’, helemaal niet duidelijk van wie het komt. Begin dus met ‘Annemieke ten Broeke’.
Vergeet ook niet in de nieuwsbrief zelf duidelijk te maken van wie het komt. Dat doe je bovenaan (‘header’ genoemd) en nogmaals helemaal onderaan. Als het subscribers niet duidelijk is van wie het komt, zijn ze eerder geneigd zich uit te schrijven.

5. Verplaats je in je lezers

Als je weet tegen wíe je praat, weet je hóe je moet praten. Het is dus van belang duidelijk te hebben wie je doelgroep is.
Daarbij bestaat een goede nieuwsbrief niet alleen uit jouw dienst of product verkopen: je nieuwsbrief moet waarde bieden voor de ontvanger. Niemand vindt het leuk om enkel reclamefolders in de brievenbus te krijgen. Zorg dat je nieuwsbrief een soort magazine is, tussen alle reclame. Daarmee val je op! Creëer een evenwichtige balans tussen waarde voor de lezer en het verkopen van je product.

Online class ‘Nieuwsbrieven voor (beeld)makers’
Direct beschikbaar, direct kijken!

In de online class leer je hoe je een goede nieuwsbrief maakt, ook als beeld jouw eerste taal is.
In twee uur leer je hoe je je maillijst laat groeien (zonder ‘sleazy’ trucs), hoe je de juiste doelgroep voor jouw werk vindt, hoe je je werk aanbiedt en verkoopt zonder dat je je een visverkoper op de markt voelt, en teksten schrijft die prettig lezen zijn én goed bij jou passen.

Veel succes met het maken van je nieuwsbrief!

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.

Thank you for subscribing!

Na het delen van de lessen die ik heb geleerd van mijn semi-sabbitcal, vroeg ik op Instagram wat mensen hebben geleerd in 2022.
Toen ik ze doorlas, realiseerde ik me hoe verschillend de lessen zijn die mensen hebben geleerd. Soms zelfs tegenstrijdig. Ik heb een selectie gemaakt (het waren er gewoon te veel) en ze in een volgorde gezet die me passend leek.

Wat ik hiervan geleerd heb: wat je bijblijft, komt door de tijd en plaats waarin je je bevindt, de context van je leven, op dat precieze moment. Wanneer je iets leest, of dat nu resoneert of niet: dat komt allemaal omdat jij, als lezer, je er op dat moment mee bezighoudt. De les zegt evenveel over de leerling als over de leraar.

Julia: “We hebben niet zoveel nodig als we denken.”
Linda: “Het is oké om nee te zeggen, zelfs tegen leuke dingen, om je (beperkte) hoeveelheid energie te managen.”
Iris: “Ja zeggen tegen onbekende dingen.”
Marte en Riva: “Nee zeggen.”
Saskia: “De dingen die je wilt doen niet uitstellen. Het kan zomaar voorbij zijn.”
Kim en Surya: “Geduld hebben.”
Annelot: “Niet direct ja zeggen, maar eerst overwegen of het echt bij me past.”
Mireille: “Verhuizen naar het buitenland en werken als digitale nomade was niet zo makkelijk als verwacht.”
Anoniem: “Ik heb geleerd dat ik terug kan komen op mijn beslissingen.”
Famke: “Vertrouw op het proces. Het is in het begin niet makkelijk maar als het eenmaal begint te lopen komt het goed.”
Christine: “Tijd nemen om na te denken is tijd die goed besteed wordt.”
Katie: “Een risico nemen, zelfs als dat betekent dat ik zou kunnen falen.”
Patrizia: “Spring en er verschijnt een net.”
Annette: “Ik erken dat ik leef op basis van angst en dat wil ik niet meer. Ik moet alleen nog leren ‘hoe’.”
Christine: “Er is geen juiste tijd om dingen te doen. Je kunt jong of oud zijn, de tijd is goed als het goed voelt.”
Yvonne: “Een onveilige werksfeer is niet de norm. En daar kan ik afstand van nemen.”
Thea: “Ik hoef niet direct actie te ondernemen op taken: vaak lossen dingen zich vanzelf op.”
Carla: “Ik moet pauzes en tijd voor mezelf nemen, vooral als ik denk dat ik het er ’te druk’ voor heb.”
Anoniem: “Rust is niet iets wat je moet verdienen.”
Christine: “Vertragen stuwt je later vaak vooruit.”
Erika: “Leg wat van die ballen neer voordat je ze allemaal laat vallen.”
Giuliana: “Mijn lichaam is mijn tempel en ik moet het liefhebben en voeden.”
Cathelijne: “Sporten/bewegen/buiten zijn heeft zo’n invloed op hoe ik me voel.”
Voxune: “Het enige wat je altijd bij je draagt is jezelf, dus wees er lief voor.”
Stana: “Ik kan veel meer dan ik dacht dat ik kon, als ik er moeite en geduld voor doe.”
Kimberly: “Dat ik niemand een excuus of uitleg verschuldigd ben, behalve mezelf.”
Tine: “Alleen reizen is zo’n zegen voor mijn ziel.”
Ilona: “Ik ben anders dan iedereen en dat is oké. Hoewel soms een beetje eenzaam.”
Selma: “We lijken meer op elkaar dan we denken. We moeten alleen bereid zijn om anderen binnen te laten.”
Miriam: “Ik doe eindelijk dingen op een manier waar ik baat bij heb in plaats van te proberen me aan te passen aan wat niet zo is.”
Claartje: “Het belang van delen (leven, plezier, zorgen, verdriet, koetjes en kalfjes) met andere mensen. Omdat ik kunstenaar ben, betekent niet dat ik een kluizenaar moet zijn.”
Leonie: “Hoe bevrijdend het is als niet iedereen je aardig hoeft te vinden.”
Cathelijne: “Ik hoef niet altijd meteen te reageren op berichten.”
Betty: “Meer naar buiten treden. Voor hulp, connecties, om vrienden te maken, naar geliefden.”
Iris: “Ik moet mijn eigen weg volgen, ook als dat betekent dat ik mensen teleurstel.”
Mirthe: “Hoe ik tegen mezelf praat maakt een groot verschil in hoe ik me voel.”
Jennifer: “Wees authentiek, ongeacht de omstandigheden.”
Michelle: “Je bent niet je brein. Je kunt je brein om andere gedachten vragen.”
Anoniem: “Vertrouw eerder op de rode vlaggen.”
Elina: “Ik ben medicijnen gaan slikken voor ADHD. Ik voel me elke dag meer mezelf.”
Janne: “Het effect van alcohol op het lichaam: het leven is beter zonder.”
Elisa: “Mijn partner en ik konden niet meer praten na een harde discussie. In plaats daarvan schreven we elkaar.”
Anoniem: “Je kunt niet van iemand houden om van jou te houden.”
Ailisha: “Moeder zijn is geweldig, als je voldoende slaap krijgt.”
Sigrid: “Het is moeilijk om over te schakelen van het kind zijn naar het ouder zijn van mijn ouders (f*ck dementie).”
Lesley: “Je hond verliezen is net zo moeilijk als elk ander familielid. Honden zijn de beste mensen.”
Ilse: “Ik kan pottenbakken ondanks chronische pijn, en dat brengt me geluk.”
Yvonne: “Schilderen met acrylverf.”
Julia: “Breien! Ik heb mijn eerste trui gemaakt en ik ben er zo blij mee.”
Rhiannon: “Hoe gefermenteerde tomaten te maken (dank je Olia Hercules).”
Maggy: “Weer voelen.”
Ellen: “Donkere wolken betekenen niet altijd regen.”
Shay: “Seizoenen van ontbering duren niet eeuwig.”
Chloe: “Alles is tijdelijk.”
Saskia: “Ik heb niets geleerd dit jaar. En dat is prima. Er is geen deadline voor leren.”

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.


Thank you for subscribing!


Gisteren zat ik op de bank met mijn partner. Ik scrolde door mijn foto’s uit Engeland. Ik werd er emotioneel van en zei tegen hem: “Ik verlang naar daar. Volgens mij is dit heimwee”. 

Tijdens mijn semi-sabbatical kwam ik tot rust, maar nu ik weer in Nederland ben, merk ik dat ik het toch lastig vind om balans te vinden. 
Wat deed ik in Engeland wat ik hier niet doe? Ik probeer patronen te ontdekken en ze ook thuis toe te passen. Maar ik vraag me nu nog meer af: wat en waar is ‘thuis’ nu eigenlijk?
Het is een thema waar ik al bijna tien jaar mee bezig ben, wat begon met deze expositie. Het is het thema van al mijn schilderijen uit de ‘Fernweh’-serie

Gegrond voelen

‘Thuis’ betekent voor mij dat ik me gegrond voel. Dat zit heel diep, een soort oergevoel. Ik verwoordde het laatst voor het eerst in een gesprek en ik merkte toen ook dat er emoties naar boven kwamen. Als dat gebeurt, weet ik dat ik een snaar raak bij mezelf, en dat ik er naar moet luisteren.
Om me thuis te voelen moet ik me begrepen voelen, zoals ik ook citeerde in een werk tijdens die expositie uit 2013. Kort na de expositie verhuisde ik naar Den Haag en later naar Rotterdam. Ik had het gevoel dat ik in mijn directe omgeving in Drenthe niet werd begrepen (ongeacht of dat klopte). Er knaagde iets, hoewel ik toen nog niet precies wist wat het was.

Oude identiteit ontgroeien

Door afstand te nemen van de plek waar ik ben geboren en getogen, kon ik mezelf ontwikkelen tot wie ik daadwerkelijk ben. In mijn oude omgeving zat ik namelijk vast aan een oude identiteit. Een persoon die ik was ontgroeid, maar waar mensen in mijn omgeving aan vasthielden omdat dát was wat ze van mijn kenden. 
Hoewel ik toen niet precies wist waarom ik voelde dat ik weg moest, wist ik zeker dat ik het móest doen. Tien jaar later zie ik glashelder dat die afstand noodzakelijk is geweest om mij letterlijk de ruimte te gunnen om meer mezelf te worden.

Thuis als plek

Begrepen worden door je omgeving helpt zeker om je thuis te voelen, maar nog belangrijker is het om jezelf te begrijpen en te omarmen. Dan word je zelf de basis van je thuis-plek. Maar ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik me nu helemaal thuis voel, op de plek waar ik woon. 
Na tien jaar in het drukke Rotterdam ben ik toe aan rust. Ik ben veranderd en het is tijd om verder te gaan. Had ik geen partner gehad wiens thuis overduidelijk in Nederland is, dan zou ik in een land met heuvels en vrije ruimte wonen. In Yorkshire voelde ik me namelijk stevig staan. Ik hoorde daar, tussen de glooiende heuvels en smalle paadjes, alsof ik een boom was waarvan de wortels heel diep in de grond zaten. Zo voelt het om gegrond te zijn.

Wanneer mensen in mijn directe omgeving mij begrijpen, of in elk geval accepteren, voel ik me geborgen. Dat is belangrijk voor je thuis voelen. Maar nu weet ik ook wat voor invloed het natuurlijke landschap om je heen heeft. Het is een basisingrediënt om me gegrond te voelen.
Waar ik uiteindelijk mijn thuis maak, weet ik nog niet. Maar ik weet wel dat zolang je je ontwikkelt als mens, geen enkel thuis definitief hoeft te zijn.

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.


Thank you for subscribing!



Drie maanden verbleef ik in Engeland, om verschillende redenen. Eén ervan was dat ik ontzettend veel van het Verenigd Koninkrijk houd: ik kom er al 20 jaar en de laatste jaren kwam ik er zo’n drie keer per jaar. Een andere reden was dat ik opgebrand was en rust nodig had. Thuis, in Nederland, bleef ik als een hamster in mijn radje rondrennen, en zag nergens een moment om te stoppen met rennen.
Tien jaar geleden had ik een psychotherapeut en aan haar vertelde ik dat ik graag langere tijd naar Engeland zou willen. Misschien zelfs verhuizen!
Ze zei dat het vluchten was, dat ik overal waar ik heen zou gaan mijn zorgen en problemen mee zou nemen. Dat ik beter kon blijven waar ik was en het in Nederland oplossen. Maar tien jaar later liep ik nog steeds tegen dezelfde problemen aan.

Het blijkt dat psychotherapeuten niet altijd gelijk hebben. Dat is de eerste les: vertrouw soms op je eigen intuïtie, zelfs als specialisten iets anders zeggen. Verblijven in North Yorkshire, tussen de Noordzee en de North York Moors die vol met heide staan, is het beste wat ik in jaren heb gedaan. Ik heb hier meer geleerd dan in de afgelopen vijf jaar en ik kan stellen dat het me op een wezenlijke manier heeft gered. Nu wil ik niet zeggen dat het voor iedereen werkt, maar als je diep van binnen voelt dat je zoiets wat ik deed, moet doen: doe het dan.

Deze maanden vlogen voorbij. Nu ik weer thuis ben, reflecteer ik op de lessen die ik hier heb geleerd, zodat ik ze blijf onthouden. Een paar van deze lessen deel ik hieronder.

1. Mijn werk bepaalt niet mijn identiteit

Er gaat veel onder mijn ‘workaholic’-zijn schuil, vooral dat ik nuttig wil zijn voor anderen. Ik werkte zo hard dat ik mezelf verloor. Mijn identiteit werd die van ‘illustrator’, ‘fotograaf’, ‘schrijver’ of ‘grafisch ontwerper’, terwijl ik meer ben dan het werk dat ik doe. Iedereen is meer dan hun beroep.
De laatste jaren heb ik weinig tijd geschonken aan bewust leven en vooral energie gestoken in de productie die ik draaide. Dat verandert nu langzamerhand. Ik leer dat ik een compleet mens ben zonder mijn werk. Ja, ik werk als illustrator/schrijver/kunstenaar, maar ik ben ook een nuchter persoon die graag diepe gesprekken voert, houdt van urenlang wandelen en zwemmen, niet graag naar feestjes gaat maar het heerlijk vindt om in een pub met iemand te zitten, het liefst slaapt onder pas gewassen dekens, en meer boeken verzamelt dan er tijd voor maakt om ze te lezen. Onder andere.

2. Bewuster omgaan met mijn tijd

Ik ben heel dienstbaar ingesteld. Een ander, zelfs wildvreemden, geef ik vaak meer prioriteit dan mijzelf. Mijn DM’s en emailinbox vullen zich elke dag met vragen en verzoeken: ik zou mijn leven kunnen wijden aan het helpen van alle mensen die mijn brein of handen voor het een of ander nodig hebben. Vaak ook nog onbetaald.
Tot een paar jaar geleden beantwoordde ik elke e-mail en DM die ik kreeg, en dat nam meer dan vier uur per dag in beslag. Inmiddels laat ik heel veel liggen. Niet dat ik dat makkelijk vind, maar als ik een leven naast staren naar schermpjes wil hebben, zal ik wel moeten. Tijd is ontzettend kostbaar, want als je het eenmaal gespendeerd hebt, krijg je het niet terug. Het is daarmee kostbaarder dan geld. Ik vraag mezelf dus nu regelmatig: ‘is dit waar ik mijn kostbaarste goed aan wil besteden?’.
Dat iemand iets van me wil, wil namelijk niet zeggen dat ik verplicht ben het te geven.

3. Buiten wandelen is helend

Het platteland van Engeland deed me veel goed. Als ik vijf minuten wandelde vanuit de cottage, kwam ik bij een hek dat leidde naar de rand van de North York Moors. Daar beginnen de uitgestrekte weides, zonder dat je een autoweg of huis ziet. Hoe verder je loopt, hoe stiller het wordt. Je hoort fazanten, vogels en het geluid dat heide maakt in de wind. Ik heb behoefte aan die rust, aan plekken waar de mens even niet van zich laat horen. Ik heb zo’n plek nog niet in Nederland gevonden.
Omdat wandelen zo’n automatische beweging is, kun je je gedachten de vrije loop laten, en zo voelt wandelen als een mini-therapie-sessie. Wandelen zonder dat ik bang hoef te zijn dat ik word overreden door een auto of fiets, is voor mij ultieme luxe.

4. Rustige omgeving = rustige geest

Het heeft lang geduurd om dit in te willen zien, maar ik ben geen stadsmens. Toen ik tien jaar geleden van Drenthe naar Rotterdam verhuisde, kreeg mijn carrière een boost, maar ik kreeg ook paniekaanvallen. Toen ik bijna drie jaar geleden nét buiten de stad ging wonen, had ik er nauwelijks meer eentje. Maar ook nét buiten de grote stad, waar nog steeds heel veel snelwegen zijn, waar mensen toeteren als je niet binnen één milliseconde optrekt met je auto bij een verkeerslicht, waar degene achter je in de rij bij de supermarkt heel hard begint te zuchten als je niet snel genoeg je boodschappen op de band legt, en waar je overal en altijd vliegtuigen of andere machines hoort, voel ik me bijna altijd onrustig en onder druk staan.
De Nederlandse randstad is namelijk gebouwd op snelheid. Ren je niet zo hard mee, dan blokkeer je de weg voor anderen. Ik wil niet zo hard rennen en kan het ook niet (meer). Daarom heb ik mijn partner gevraagd of we op termijn naar het Oosten van het land kunnen verhuizen, ergens buiten een dorp.

5. Omringen met de juiste mensen

Er is een citaat van Jim Rohn dat je de som bent van de vijf mensen waarmee je het meeste omgaat. Ik denk dat dat genuanceerder ligt, maar er zit een kern van waarheid in. Ik merk dat als ik me vooral omring met mensen die bepaalde denkbeelden hebben, dat dat mijn bubbel wordt, terwijl ik juist open wil blijven. Daarom ben ik beter gaan kijken naar welke mensen ik in mijn directe cirkel heb. Wie maakt mij een beter mens? Wie zorgt ervoor dat ik anders leer kijken naar wat ik voor vanzelfsprekend vind? Wie is fijn om eens lekker mee te klagen over onbenullige dingen? Wie staat er midden in de nacht voor mij klaar als het nodig is? Wie laat mij goed voelen over wie ik ben? Voor wie heb ik een toegevoegde waarde? Als iemand me veel te vaak slecht laat voelen over wie ik ben en voor wie ik niet goed genoeg ben, dan laat ik hen gaan als iemand in mijn directe cirkel.

6. Als ik voor mezelf kies, schaad ik daarmee niet direct een ander

Als ik moest kiezen om een ander teleur te stellen of mezelf, dan stelde ik mezelf liever teleur. Veel makkelijker om mee te dealen. Dat resulteerde er soms in dat ik zoveel dingen in mijn agenda had gepland dat ik geen weekenden of avonden meer vrij had. Daardoor ging ik vaak ver over mijn grenzen, en dat was uiteindelijk één van de redenen van mijn burn-out. Ik heb het nog niet helemaal onder de knie, want ook dit jaar vier ik mijn verjaardag niet (en die van mijn nichtje, partner en moeder niet) omdat ik te veel werk heb ingepland en daardoor geen ademruimte heb. Maar ik voel nu wat ik mis, en dat is pijnlijk genoeg om het anders te gaan doen.

7. Social media zorgt soms dat ik me minder verbonden voel

Ik heb de leukste mensen ontmoet op social media en veel vrienden gemaakt, en het is een prachtig medium om je werk te laten zien. Maar soms is de balans gewoon scheef. Daarom ben ik nu wat zorgvuldiger met hoe ik mijn tijd besteed online.

Contact met anderen
Een paar van mijn vrienden post bijna alleen maar politieke of wereldkwesties op sociale media. Ik merkte dat ik me steeds minder met hen verbonden voelde, omdat ik maar één (extreme) kant van hen zag en niet het gehele plaatje. Maar toen ik een dag met een van die vrienden doorbracht, besefte ik dat ze meer zijn dan de inhoud die ze op sociale media posten, dat ze in het echte leven minder extreem zijn dan ze zich online presenteren. Ik voelde me weer verbonden met hen.
Dus, hoe sociaal zijn social media eigenlijk als we eigenlijk steeds verder van elkaar afdrijven? Ik zou graag meer afspreken met vrienden om me meer met hen verbonden te voelen. Op sociale media zie je vaak teveel één kant van iemand en niet het hele plaatje. We zijn meer dan onze banen, maar ook meer dan onze social media accounts weergeven.

Contact met mezelf
Ook merk ik dat me minder verbonden met mezelf voel als ik te lang op social media scrol. Ik zie zoveel mogelijkheden en vraag me regelmatig af: ‘moet ik dat ook doen?’, voornamelijk wat werk betreft. Daardoor ga ik soms twijfelen aan mezelf en voel ik minder goed aan wat ik nodig heb of wil.
Als we niet goed in ons vel zitten, grijpen we sneller naar onze telefoons. Je hoort vaak dat social media hetzelfde effect heeft als een drugsverslaving, dus als we ons minder goed voelen, grijpen we naar verdoving. Maar juist op die dagen moeten we de telefoon in een kastje leggen en er vooral niet op kijken. Spreek af met een vriendin (oké, daarvoor mag je je telefoon gebruiken), ga een lange wandeling buiten maken of bak een taart. Doe iets met je handen, zodat je hoofd weer in verbinding komt met je lijf en je weer gaat voelen wat je nodig hebt.
Ik neem nu soms pauze van social media. Op die momenten kom ik weer tot mezelf en sta ik steviger in mijn schoenen. Door mijn focus op mezelf te leggen in plaats van op alle anderen online, kom ik weer in contact met mezelf.

Zo’n gezapige uitspraak, maar:

8. Het gaat niet om de eindbestemming, maar om de weg ernaartoe

Minder werken en meer leven. Ik heb me voorgenomen elk jaar een tijd ergens heen te gaan om op te laden, zoals ik deed in Engeland. Ik wil minder werken, zodat er meer tijd is om bewust te leven. Ik jaag soms zo hard door de dagen heen, dat ik mijn leven niet altijd bewust meemaak. Dagen worden vage herinneringen.
Ik wil niet dat er straks op mijn grafsteen staat: “Ze heeft in elk geval alle deadlines gehaald”. Als het echt om de eindbestemming zou gaan, heeft het leven an sich niet eens zin.
Ik had werkdoelen, en zodra ik deze had behaald was ik al weer bezig met het volgende project, zonder te genieten van het behalen van dat doel. Toen ik met mijn partner met handen en voeten een berg beklom in North Yorkshire, was hij helemaal aan het genieten van het klimmen zelf. Ik tierde: “als we straks geen mooi uitzicht hebben, ga ik heel hard janken!”. Dat is het verschil tussen ons: ik werk hard voor het eindresultaat, terwijl hij geniet van de weg ernaar toe. Bovenop de berg was inderdaad een mooi uitzicht, en ik ging zitten om ervan te genieten (zou ik ook vaker met mijn werk moeten doen). Hij liep meteen door en zei: “kijk, nog een heuvel!”, zonder stil te staan bij het uitzicht. Een balans tussen zowel de weg naar iets toe en het genieten van het eindstation zou perfect zijn.

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.


Thank you for subscribing!


IIllustrator/beeldend kunstenaar/ontwerper/auteur Marloes De Vries (22+ jaar ervaring) beantwoordt vragen over illustratie, kunstenaar zijn of creatief leven in het algemeen.Stel hier een vraag.

Hoi Marloes,

Ik ben begonnen met schilderen (olieverf), maar hoe bepaal je de verkoopkosten voor een schilderij? Ik vind dit lastig, en vind het onprofessioneel om mensen te vragen wat ze ervoor willen geven. En ik ben niet beroemd 😉 Dus dat heeft ook invloed. Maar alleen de maakkosten vind ik het niet waard.
Ik heb zelf al een leven ervaring als illustrator, dus beginnend tekenaar ben ik zeker niet. Ik kan wel ‘op gevoel’ een prijs geven, maar dat voelt zo niet onderbouwd. Benieuwd wat jouw gedachten hierover zijn!

Bella

Beste Bella,

Een hele goede vraag: billijke prijzen vragen voor je werk is erg belangrijk, zeker als je een vrouwelijke kunstenaar bent (lees hier het onderzoek door Women Inc.). Hoewel ik in 2007 ben afgestudeerd als kunstenaar, ben ik pas sinds 2020 grotendeels werkzaam als autonoom kunstenaar. Ik deel dus met je wat ik tot nu toe heb geleerd, maar weet dat ik ook nog volop aan het leren ben over dit onderwerp. Momenteel werk ik zelfs met een zakelijk expert op gebied van kunst om hier meer over te leren.

Goed dat je aangeeft dat je enkel de maakkosten het niet waard vindt. Doe je dat wél, dan ben je binnen mum van tijd failliet. Je draait dan als ondernemer verlies, want je moet onder andere BTW en inkomstenbelasting betalen. Kost een schilderij je €25 aan doek, penselen en verf en vraag je €25 ervoor? Dan draag je 9% BTW (tarief voor kunst) af, en minimaal 37% inkomstenbelasting. Je houdt dan €14,45 over, dus je staat dan ruim €10 in de min.
Daarbij komt het niet professioneel/kwalitatief over om enkel de maakprijs te vragen: als iets heel goedkoop is, dan denken we al gauw dat het niet echt waardevol kan zijn. Je prijzen reflecteren dus direct op hoe professioneel je oogt.

Er zijn een aantal manieren om de prijs van je schilderij berekenen. Hieronder heb ik drie daarvan uitgelegd.

Manier 1: kunst-rekenformule

Er is een bekende formule die veel wordt gebruikt door Nederlandse kunstenaars en galeries. Deze manier heb ik overgenomen van Marca van den Broek († 2020).

(breedte + hoogte in cm) x kunstenaarsniveau x kostenfactor* = prijs schilderij

Breedte + hoogte in cm
Dit spreekt voor zich: de afmetingen van je schilderij in centimeters.

Kunstenaarsniveau
Dit staat voor je ervaring en bekendheid. Er zijn echter verschillende bronnen online te vinden met nét iets andere cijfers in combinatie met ervaring, dus kijk vooral wat bij jou past.

  • 1: absolute beginner (zonder scholing)
  • 2: amateurkunstenaar of student aan academie of in kunstonderwijs
  • 3: goede amateurkunstenaar of gevorderde student
  • 4: pas afgestudeerde kunstacademiestudent of autodidact met professionele kennis en vaardigheden
  • 5: kunstenaar met reeds enkele jaren ervaring
  • 6-8: kunstenaar met enkele jaren ervaring en standvastigheid, of eigenheid (eigen stijl)
  • 9-12: professionele kunstenaar die regionaal bekend is
  • 12-17: professionele kunstenaar die reeds landelijk bekend is
  • 17-23: gerenommeerde kunstenaar met bekendheid in eigen land tot bekendheid in buurlanden
  • 23-30: gerenommeerde kunstenaar, bekend in binnen- en buitenland
  • >30: gerenommeerde kunstenaar met continentale of wereldberoemdheid

Tel je ervaring als illustrator mee
Wat de kunstenaarsfactor lastig maakt voor kunstenaars zoals jij en ik is dat we via een andere route autonoom kunstenaar zijn geworden. Tellen onze jaren als illustrator nu wel of niet mee bij onze ervaring? Ik heb dit overlegd met verschillende experts in het kunstenaarsvak en wij zijn het allemaal eens: de ervaring die je hebt als illustrator/grafisch ontwerper/fotograaf tellen wel degelijk mee, want je bent sowieso kunstenaar, of dat nu autonoom of toegepast is. Je eerdere vakgebied heeft je geholpen de kunstenaar te worden die je nu bent. Het maakt dat je ervaren bent in het maken van kleurcombinaties en composities, je weet wat werkt en wat niet werkt en maakt je professioneel.

* Kostenfactor (optioneel)
Of je deze erbij rekent, hangt af van je onkosten per schilderij. Als je bijvoorbeeld met duur materiaal werkt zoals bladgoud, dan is slim om een extra factor te rekenen. Maar ook als je juist door het gebruik van goedkoop materiaal zoals een grafietpotlood, of omdat je een supersnelle schets hebt gemaakt. Dan kun je bijvoorbeeld een factor van 0,5 voor een potloodtekening of een snel werk rekenen. Of tot een factor van 1,5 voor een olieverfschilderij of werk in een dure lijst.
Bij de meeste schilderijen is de kostenfactor 1 en heb je op die wijze een billijke prijs. Je wijzigt de factor enkel als je vindt dat het werk net iets meer of minder waard is dan je standaard schilderijen, of wanneer je gebruik maakt van een zeer bijzonder dure of tijdrovende techniek.

Rekenvoorbeeld:
Stel, je bent een kunstschilder met enkele jaren ervaring, eigen stijl en in je woonplaats heb je al naamsbekendheid: je geeft jezelf niveau 8. Je werk is 30 x 50 cm, en de kostenfactor is 1 want je werkt met acrylverf op canvas.
Je prijs wordt dan: (30 + 50) x 8 x 1 = € 640 (excl. 9% BTW).

Manier 2: de arbeidssom

Dit is hoe de meeste ondernemers, van loodgieters tot architecten, hun prijzen berekenen:
(gewerkte uren x uurtarief ) + materiaalkosten = prijs

Als je deze formule hanteert, is het van belang dat je weet welk uurtarief passend is voor jou. Je moet dus weten:
– Wat je zakelijke kosten zijn op jaarbasis (zoals atelierhuur, materiaalkosten, werkkleding, studiekosten, boekhoudkosten, verzekeringen, etc.)
– Welk bedrag je per jaar nodig hebt om privé rond te komen
– Pensioengeld en reserves voor arbeidsongeschiktheid
– Hoeveel uren je per jaar aan het schilderen kunt besteden

Omdat je als kunstenaar steeds verder ontwikkelt en je werk over de jaren meer geld waard wordt, is het van belang je uurtarief mee te laten groeien met je ervaring. Daarbij ben je als kunstenaar ook veel bezig met (op locatie) schetsen, experimenteren, etc. Die uren reken je op deze manier vaak niet mee in je schilderij, maar tellen wel degelijk. Zorg dus dat je een gemiddelde van deze uren bij je schilderij meetelt, of verhoog je uurtarief enigszins zodat dit gedekt is.
Een ervaren illustrator/kunstenaar zou op een dergelijk bedrag kunnen komen: (7 uur x €90) + €25 materiaalkosten = €655 (excl. 9% BTW).

Nadeel: prijsverschil klein of groot doek
Het nadeel van deze manier is dat het verschil in prijs voor je doeken dichterbij elkaar liggen, in veel gevallen. Ik kan zelf gerust 5 uur werken aan een doekje van 10 x 10 cm, maar ook 5 uur aan een doek van 30 x 30 cm. In de kunstwereld is het gangbaar dat hoe groter het doek is, hoe hoger de prijs.

Manier 3: marktconform

Een tactiek die ik heb gebruikt om de prijzen te bepalen van mijn eerste collectie schilderijen, is kijken naar wat collega-kunstenaars vragen die op eenzelfde niveau zitten en soortgelijke ervaring hebben. Een jaar lang (en nu nog steeds) heb ik bijgehouden wat schilders, die net als ik voornamelijk landschappen maakten, vroegen voor hun werk.
In een Excel sheet hield ik bij wie de kunstenaar was, hoe groot hun werken waren, welke materialen ze gebruikten, datums en: of het via een galerie of door henzelf werd verkocht (dat laatste is belangrijk, daar kom ik hieronder op terug).
Doordat ik op deze manier duidelijk kon zien wat voor prijzen verschillende kunstenaars voor bijvoorbeeld een schilderij van 30 bij 50 cm vroegen, kon ik kijken wat voor prijzen ik zou kunnen vragen.

Nadeel: kans op klein houden van kunstenaars
Deze tactiek heeft echter een groot probleem: door deze manier toe te passen is er een mogelijkheid dat we ons als (vrouwelijke) kunstenaars klein blijven houden. Zolang je vergelijkt, blijf je in dezelfde prijzen-vijver zwemmen. Daarom is het belangrijk ook de prijzen van bijvoorbeeld mannelijke collega’s erbij te zetten.

Om rekening mee te houden:

Verkoop schilderijen door kunstgalerie

Verkoop je je schilderijen via een galerie, dan gaat 25 tot 50% van de verkoopprijs naar de betreffende galerie. Het fijne hieraan is dat je samen met de galerie gaat kijken wat een goede prijs is voor je schilderijen. Zo zijn er vele galeries die de kunst-rekenformule hanteren met een factor 20. Die factor zegt in dat geval vooral iets over de galerie en zijn reputatie, en niet per se iets over de factor van de kunstenaar.
Als het je doel is om in de toekomst je door een galerie te laten vertegenwoordigen, is het slim dat je dit nu al bij je prijs incalculeert, ook al verkoop je het nog zelf. Op deze manier is het prijsverschil tijdens je overgang van ‘zelf verkopen’ naar ‘verkoop via galerie’ niet immens groot, en dus logischer voor kopers.

Verpakken en transport van schilderij

Iets waar ik in eerste instantie niet zoveel rekening mee had gehouden, is de tijd en de kosten die gemoeid zijn met het verpakken en versturen van je schilderijen. Ik geef zelf de voorkeur aan het laten ophalen van schilderijen door kopers, maar in mijn ervaring laten de meesten een schilderij liever bezorgen. Waarschuw de koper dat het risicovoller is om te versturen, want er wordt nogal eens gegooid met pakketten in de post.

Per schilderij ben ik ongeveer een half uur bezig met het zorgvuldig inpakken: beschermfolie over het doek, bubbelplastic erom, hard karton dat het doek beschermd aan voor- en achterkant, en dan een transportdoos. Een schilderij van ongeveer 30 x 30 cm mij ongeveer €15 aan inpakmateriaal.
Daarna moet het weggebracht worden naar een postpunt, wat mij ongeveer een half uur in totaal kost. Afhankelijk van welke transport- of bezorgdienst je gebruikt maakt, bedragen deze kosten €8 tot €250.
De kosten bedragen dus €15 (excl. 21% BTW), kosten voor transport (€8 tot €250 incl. BTW) en ongeveer een uur aan arbeidskosten.

Ik hoop dat je hier wat aan hebt! Ik wens je veel succes en plezier met het bewandelen van je kunstenaarspad.

Vriendelijke groetjes,
Marloes

PS Mocht je dit lezen en tips hebben over het prijzen van je werk, reageer dan onder deze post. Alle advies is welkom!

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.


Thank you for subscribing!



Als je brein een beetje werkt zoals het mijne, herken je dit vast: zoveel ideeën, zo weinig tijd. Dus, met welke ideeën ga je aan de slag en welke laat je liggen? Want ze lijken allemaal even interessant. Ik deel met je mijn systeem dat ik nog niet eerder heb gedeeld, en wat perfect voor mij werkt:

Mijn post-it or trash it-systeem:

1. Verzamel je ideeën

Heb je te pas en te onpas een idee? Zorg dat je overal post-it-blokjes hebt liggen. Ik heb er eentje op mijn nachtkastje, bij mijn bureau, in de badkamer (in de douche heb ik mijn beste ideeën), in de woonkamer en in mijn tas. Ik krabbel kort op een post-it wat mijn idee is. 
 

2. Plak ze op de muur

Op de muur in mijn werkkamer heb ik twee lijsten: ‘ideeën’ en ♡ (hart-symbool). Ik plak alle post-its onder ‘ideeën’, hoe gek ze ook zijn.
 

3. Selecteer en verwijder

Na een tijdje bekijk ik de post-its weer. Ik stel mezelf de vraag bij elk idee/post-it: “is dit iets wat ik echt graag wil doen, of denk ik dat ik het moet doen?”. 
Heel vaak namelijk denk ik dat ik iets moet doen, gewoon omdat het kan. Ja, ik kan een hele stationery-line gaan ontwikkelen, maar wil ik dat ook echt? Ligt dat in lijn met wat ik uiteindelijk wil bereiken? Zoals Neil Gaiman zei: “Does this bring me closer to the mountain?”.
Als dat niet zo is, dan gaat de post-it de prullenbak in. Krijg ik goede kriebels in mijn buik bij het idee? Dan mag het onder ♡
 

4. Maak een stappenplan

Nu ik heel selectief ben geweest met mijn ideeën, kan ik nog eens kijken naar wat onder het hartje hangt. Als ik ergens heel enthousiast van word, ook al hangt het er al een maand, dan ga ik uitzoeken hoe ik dat idee kan uitvoeren. Welke stappen zijn er nodig? Door het in stappen op te delen, maak ik het behapbaar om het uit te voeren.

Veel succes en laat me vooral weten in de comments hieronder of dit systeem ook voor jou werkt!

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.


Thank you for subscribing!


Na twaalf uur rijden zijn we er. Ik zie de grote heuvel, waar het dorp onder ligt, in de verte. Hier gaan we de komende maanden leven: direct aan de North York Moors en op een half uur van de zee.
Het dorp heeft een kleine, veel te dure supermarkt: een CO-OP. Gelukkig is er een ALDI in het dorp verderop. Ook zijn er drie pubs en is er een lunchroom met een fijne sfeer en veel verse taarten, The Velveteen Rabbit genaamd. We drinken daar koffie en eten er lunch om te vieren dat we hier eindelijk zijn.

Roseberry Topping, NOrth York Moors (UK)

Pub grub

Eten en drinken is belangrijk voor Britten. Het maakt niet uit hoe klein een dorp is: je zal er negen van de tien keer een pub vinden die ook goed voedsel serveert: pub food of pub grub noemen ze dat. Meestal staan er een aantal klassieke pub maaltijden op het menu, en fish and chips zal niet ontbreken. Dat is witvis in een deegje gefrituurd. Daarnaast grote hompen patat, waar je vinegar (azijn) op gooit. Met wat geluk krijg je er mushy peas bij, mijn favoriet. Andere gerechten die je vaak op de kaart ziet zijn toad-in-the-hole (worstjes in een grote Yorkshire pudding gebakken), bangers and mash (worstjes op een berg aardappelpuree met jus), pies (niet te verwarren met een zoete taart, deze is met een hartige vulling) en vaak vind je er ook een Indiaase curry, want Britten houden van curry’s.
De eerste keer dat ik in een pub wilde eten, wachtte ik een half uur aan mijn tafeltje, maar niemand kwam. Beginnersfout: je bestelt je drankjes en eten aan de bar. Meestal betaal je er meteen voor. Wel zo handig!

Ook in mijn tijdelijke woonplaats in North Yorkshire is de pub het hart van de gemeenschap. Elke avond zitten er mensen in één van de drie pubs die het kleine dorp telt. Donderdag, vrijdag en zaterdag zitten ze allemaal ramvol met locals, en op zondagmiddag vind je hier gezinnen die een Sunday roast komen eten. Dat is meestal een grote Yorkshire pudding, een stuk vlees of vegetarisch alternatief, verschillende groenten, geroosterde aardappelen en gravy (jus).

Een klassieker: 99p whippy ice cream

Zonsondergang vanuit onze cottage

Middlesbrough, Staithes en Stokesley

Omdat we beiden deze week vrij hebben genomen, gaan we de omgeving verkennen. Middlesbrough is een stad dichtbij, maar het valt erg tegen. Het is sfeerloos, hoewel er wel genoeg goede plekken zijn om te gaan lunchen of een koffie te drinken. Ze hebben er in elk geval een Waterstones (boekwinkelketen in Groot-Brittannië), dus dat is een plus.

Op ongeveer een half uur rijden is Staithes, een oud havenstadje. De meeuwen vliegen af en aan, en krijsen hun longen uit het lijf. Het is een prachtig dorp, met veel toeristen die doordeweekse dag. Ik schets snel de klif en een stukje strand, waarna we onszelf trakteren op een Americano voor Bram en tea for one voor mij. Nou ja, ’tea for one’… Ik krijg een enorme pot waaruit ongeveer twaalf koppen thee kunnen. Na vier koppen thee met melk en suiker gooi ik de handdoek in de ring.

Staithes, North Yorkshire (UK)

In een boek over deze regio lees ik over de beroemde ‘farmers markets’ in North Yorkshire, waar lokale bedrijven hun goederen, vooral voedsel, verkopen. Op zaterdag is de beroemdste in Stokesley, wat maar tien minuten rijden van onze cottage is.

Groene deuren en kozijnen in Engeland
Ik ben op slag verliefd! Als we Stokesley binnenlopen, merk ik dat tranen opwellen. Als ik iets heel mooi vind, raak ik namelijk emotioneel. Het is prachtig, met typische Engelse cottages van bruin steen en deuren en kozijnen in een zacht mintgroen, een kleur die je veel ziet in Engeland. Dat is begonnen bij Winston Churchill en zijn vrouw, die hun tuinmeubilair van hun Chartwell-huis in Kent in deze kleur verfden. Het werd zo populair dat een grote verfproducent het zijn eigen naam gaf, genaamd naar Churchill’s huis dus. Sindsdien is het een klassieke verfkleur voor Britten om te gebruiken voor hun deuren en kozijnen, en zul je in elk dorp minstens één huis vinden geschilderd in die kleur.

Wat ik mis in Nederland is sfeer: bij ons is alles functioneel, terwijl in Engeland ze meer gefocust zijn op dat iets er mooi en sfeervol uitziet. Vergelijk een Nederlandse brievenbus maar eens met een Engelse, een wereld van verschil. Ik zie toeristen nooit de oranje postbakken fotograferen, maar hier in Engeland zie je regelmatig mensen kiekjes schieten bij de rode Victoriaanse brievenbussen.

Wanneer we richting het dorpsplein van Stokesley lopen, zien we dat het druk is. Inwoners van omliggende dorpen zijn hier naar toe gekomen om hun brood, groente, vers geplukte bloemen en vooral heel veel taart te kopen. Nu wist ik wel dat Britten van taart houden, maar om de een of andere reden valt het me nu nog meer op. In elk cafeetje verkopen ze versgebakken Victoria sponge, carrot cake, coffee cake (eventueel met walnoot) en brownies. Het dorp heeft een aantal zeer goede koffiezaken, waaronder Pistachio en Milk & Grind. Bij die laatste hebben we een ijskoffie gedronken. Ook vind je veel Caffe Nero’s en Costa’s in Groot-Brittannië. Beiden zijn hele grote koffieketens, en hebben goede koffie, volgens koffie-snob Bram 😉 Maar ik ga liever voor de zelfstandige tentjes.

Imagined Things Bookshop in Harrogate

Bram in Harrogate, North Yorkshire (UK)

Indie bookshops

Ik heb er mijn missie van gemaakt om zoveel mogelijk mooie, zelfstandige boekwinkels in Groot-Brittannië te bezoeken, zogenaamde indie bookshops. Ook dit is weer anders dan in Nederland: hier hebben deze winkels vaak prachtige gevels, met mooie lettering. De selectie van boeken verschilt per winkel. De eigenaar bepaalt zelf wat ze in de winkel verkopen, dus het is soms even zoeken naar een winkel die het soort boeken verkoopt die jij leuk vindt. In Harrogate vind ik een selectie that fits as a glove: Imagined Things Bookshop. De eigenaresse is een jonge vrouw, en verkoopt vooral boeken van vrouwelijke auteurs. Het viel mij in de eerste vijf minuten niet eens op, totdat Bram het opmerkt. Ook de boekenwereld wordt gedomineerd door mannen, dus het is zo verrassend om hier zoveel vrouwelijke auteurs te vinden. Ik koop er een boek van Julia Chapman, Date with Death. Gesigneerd en wel!

Falmouth Bookseller in Cornwall (UK)

The Edge of the world bookshop in penzance, Cornwall (UK)

Er is zoveel te vertellen over onze eerste twee weken hier, ik zou er een heel boek over kunnen schrijven. Maar ik ben hier vooral om te rusten, dus dit is het even voor nu. Ik zal binnenkort weer meer vertellen over onze avonturen hier!

Tot gauw, of speak soon!

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.


Thank you for subscribing!



Ik heb het altijd onzin gevonden: dat zolang je doet wat je leuk vindt, dat je geen dag van je leven hoeft te werken. Ook als freelancer, en je je werk dus zelf hebt gekozen, werk je. Dat is soms leuk en soms minder leuk. En er is altijd kans op overwerkt raken of een burn-out krijgen. Een burn-out ontstaat meestal als je langdurige stress hebt, door welke oorzaak dan ook.

Ik houd van wat ik doe en toch ben ik overwerkt

Toen ik in 2008, na een aantal jaar te hebben gewerkt in loondienst, koos voor het freelance leven, deed ik dat vooral omdat ik meer regie over mijn werk wilde. Daarbij stevende ik af op een burn-out, en dat wilde ik voorkomen. Ik wilde zelf bepalen welke opdrachten ik zou doen, met wie ik zou werken en ik wilde mijn eigen dagen indelen.
Ik kwam erachter dat ik heel erg houd van ondernemer zijn, meer dan ik ooit had kunnen vermoeden. Ik houd van projecten verzinnen, marketing, alle verschillende taken. Ik zou niets anders meer willen. Maar zelfs een gelukkige ondernemer kan overwerkt raken.
Ik krijg regelmatig te horen dat het zo leuk lijkt, de hele dag tekenen en kleuren. Maar een illustrator is geen kleuter. We zijn voornamelijk bezig met e-mailen, contracten, administratie, marketing, onderhandelingen, en nog veel meer. Ik besteed bijvoorbeeld ongeveer 25% van mijn tijd aan tekenen. Nu vind ik dat niet heel erg, want ik houd juist van van alles wat doen. Maar doe je te veel van wat je niet leuk vindt, dan heeft dat impact op je welzijn.

Zo mis ik al lange tijd autonomie in mijn werk. Sinds mijn switch in 2010 van freelance art director/grafisch ontwerper naar illustrator, werk ik voornamelijk voor opdrachtgevers. Dat betekent dat ik voornamelijk de visie van anderen uitwerk in beeld. Dat is heel leuk, maar de laatste jaren kreeg ik steeds meer behoefte om mijn eigen visie uit te beelden en mijn eigen verhalen te vertellen. Ik heb het geluk om met hele fijne opdrachtgevers te mogen samenwerken, maar hoe leuk die mensen ook zijn: de drang om zelf dingen te creëren werd steeds groter.

Als freelancer kan ik niet tegen alles ‘nee’ zeggen

Ik plezier graag anderen (ook opdrachtgevers) en daardoor ga ik regelmatig over mijn grenzen. Dat is al zo zolang ik me kan herinneren, in mijn jeugd deed ik het ook. Aan het vermoeid zijn was ik inmiddels gewend. Tot eind vorig jaar: ik sliep nauwelijks meer, kreeg ik paniekaanvallen en ik had constant hoofdpijn. De conclusie van de arts was “ernstig overspannen, of burn-out”. Haar advies was om zo min mogelijk te werken.
Gelukkig begreep ze dat geheel stoppen met werken geen optie was, aangezien ik een freelancer ben. Ik krijg namelijk vaak goedbedoelde adviezen in de vorm van “focus maar even helemaal op jezelf” of “het is beter om helemaal met werken te stoppen”. Ik weet dat dat inderdaad het beste zou zijn, maar ik heb geen werkgever die me een half jaar vrij geeft en mijn salaris doorbetaalt, zoals bij de meesten die in loondienst werken.
Als freelancer kan ik ‘nee’ zeggen tegen klussen, wat ik het afgelopen jaar ook heb gedaan. Met het risico dat ik permanent klanten en inkomen verlies, dus dat geeft een zekere spanning. Daarom zeg ik ‘nee’ zeggen tegen klussen die niet heel goed bij me passen en af en toe ‘ja’ zeggen tegen klussen die lucratief zijn. Ik probeer daarmee een balans te vinden, want mijn intuïtie zegt dat het niet slim is om alles een jaar lang stop te zetten. Ik vrees dat ik dan mijn carrière, waar ik 15 jaar lang hard aan heb gewerkt, daarmee geen goed doe. Of dat werkelijk zo is, weet ik niet, maar het risico wil ik niet lopen.
Ik prijs mezelf dat ik nooit deadlines mis, maar vraag me soms af of ik daarmee met volle vaart op mijn eigen deadline afsteven.

Zo komt het dat ik dit nu vanuit een kleine witte cottage in North Yorkshire in Engeland zit te schrijven: ik heb een semi-sabbatical genomen. Ik roep al jaren dat ik graag een langere tijd in Engeland wil verblijven, maar altijd was er een excuus om het niet te doen. Nu had ik het beste excuus: ik moest er tussenuit, anders bleef ik overwerkt. Natuurlijk had ik ook in Nederland kunnen blijven, maar een andere plek helpt mij beter om tot rust te komen.

Waarom een (semi-)sabbatical in een ander land:

Minder verplichtingen
Zowel qua werk als privé. Dat betekent even niet alle opdrachten aannemen om anderen te plezieren, maar ook even niet afspreken met vrienden. Ik heb de liefste vrienden, maar vanwege mijn compleet lege batterij lukte het de laatste tijd niet om wekelijks koffie met ze te drinken. Ik vind ‘nee’ zeggen namelijk moeilijk, en een zee tussen hen en mij geeft mij voor nu even een excuus om bij te tanken.

Minder spullen
Ik zit nu in een cottage die vrij minimalistisch is. Voor deze maanden heb ik ook slechts het meest essentiële meegenomen: een paar kledingstukken, een paar kwasten en verftubes, enzovoort. Doordat ik niet omringt ben door mijn eigen spullen, ben ik minder afgeleid, en kan ik me beter concentreren op mezelf en wat ik nodig heb.

Meer natuur
In Nederland woon ik vlakbij de stad. Hoewel we een natuurgebied voor ons huis hebben, is die ruimte beperkt. In een paar uur heb je het hele gebied uitgespeeld. In Engeland woon ik nu aan de North York Moors, en op korte afstand van de Yorkshire Dales. Twee immense natuurgebieden die samen ongeveer zo groot zijn als de provincies Groningen en Drenthe samen. Genoeg om te wandelen dus!

Inspiratie en ontwikkeling
Een ander land inspireert me. Wat ik als Nederlander misschien heel normaal vind, is hier helemaal niet zo normaal. De natuur inspireert me om nieuw werk te maken (hoewel nog niet meteen: eerst rusten). Er zijn leuke dorpen te ontdekken en nieuw voedsel om te eten. Door nieuwe ervaringen, ontwikkel je je als mens.

Andere omgeving
Dit is de belangrijkste reden: in een andere omgeving ga ik anders kijken naar de wereld om me heen. In Nederland heb ik mijn routines, die niet per se goed zijn voor me op dit moment. Doordat ik met mijn overwerkte hoofd in een andere omgeving zit, kan ik sneller opmerken waar het mis gaat, omdat ik mijn omgeving heb gestript van alles wat ik ken. Zo merkte ik bijvoorbeeld dat toen ik hier een dag werkte, dat ik meteen werd beloond met een migraine en ernstig zweten (excuses voor de TMI). Die opdracht veroorzaakte dus stress. Met die informatie kan ik op zoek naar andere oplossingen.

Ik zit nu ongeveer anderhalve week in deze fijne cottage in Engeland. Het is nog aftasten: nieuwe supermarkt, ander ritme, meer slapen. Ik heb al gewandeld, een steile heuvel beklommen met een verrekte heup-spier, in een pub gegeten en veel Britse ’telly’ gekeken. De komende tijd zal ik hier schrijven over wat ik meemaak en mijn gedachten neerpennen. Ik hoor graag van jou als lezer: je kunt hieronder een reactie (of vragen) achterlaten.

Tot gauw!

Foto’s door Marleen Annema

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.


Thank you for subscribing!


IIllustrator/beeldend kunstenaar/ontwerper/auteur Marloes De Vries beantwoordt vragen over illustratie, kunstenaar zijn of creatief leven in het algemeen.Stel hier een vraag.

Hé Marloes,

Heel vaak denk ik erover om van baan te veranderen, van marketing naar iets dat meer inspirerend is voor anderen, zoals kunst, schrijven, natuur, geluk en mindfulness. Daarom vraag ik me af hoeveel geld een succesvolle illustrator/kunstenaar verdient. Misschien kun je me een idee geven wat ongeveer je inkomen is, want ik begrijp heel goed dat je me niet je werkelijke inkomen zult geven.

Bedankt,
Nina

Beste Nina,

Ik kan me voorstellen dat je idee wilt hebben over wat je mogelijk kunt verdienen als je van loopbaan gaat veranderen. Het punt is dat er geen duidelijk antwoord is op de vraag hoeveel een (succesvolle) illustrator of kunstenaar verdient. Het hangt van veel factoren af, zoals het aantal uren dat je werkt, waar je woont op deze planeet en de niche waarin je werkzaam bent. En wat jij definieert als ‘succesvol’ natuurlijk 🙂 Voor veel freelancers schommelt het inkomen, want het ene jaar krijg je grote of veel projecten te doen, en het andere jaar gaat het langzamer. Als freelance illustrator moet je kunnen omgaan met inconsistente inkomsten.

‘Arme kunstenaar’-mythe is waar én niet waar

Laten we het over cijfers hebben. Een illustrator of kunstenaar kan overal tussen niets en miljoenen verdienen. Ja, echt waar. Voor die miljoenen moet je wel David Hockney of Jeff Koons voor heten, maar het kan. Over het algemeen is die groep erg klein, en verdient het gros niet zo veel.
Ik vraag me af of dit de markt is met de grootste inkomensverschillen, omdat het verschil zo waanzinnig groot is. Mensen hebben het vaak over ‘arme kunstenaar’ en hoewel dat voor velen waar is, ken ik heel wat kunstenaars en illustratoren die bedragen verdienen die mijn hoofd doen tollen.
In het algemeen kun je stellen dat kunstenaar of illustrator worden enkel voor het geld een grote gok is, en dat maar weinigen lukt. Er zijn meer kunstenaars die financieel worstelen dan kunstenaars die €100.000 per jaar verdienen. Je moet er aan beginnen omdat je een passie voelt voor creëren, anders zul je het niet lang volhouden in deze wereld.
In het begin had ik moeite om een fatsoenlijk inkomen te verdienen met illustratie. Ik zat in mijn achtste illustratie-jaar toen het beter werd. In de eerste jaren van mijn carrière had ik parttime baantjes om het hoofd boven water te houden. Ik illustreerde prentenboeken en voor tijdschriften, en waar ik woon (Nederland) is dat het type werk met de laagste financiële beloning (jammer de bammer voor mij). Commerciële illustraties voor bijvoorbeeld reclame betalen meer.

Ongeveer helft van illustratoren verdient meer dan €20,000 per jaar

Laten we een illustratie-niche kiezen: hoeveel verdient een kinderboekenillustrator? Stephanie Fizer Coleman (USA) hield een enquête onder deze niche. Bijna 50% van de illustratoren verdient minder dan $10.000 per jaar met het illustreren van kinderboeken. 22,5% verdient tussen de $10.000 en $20.000 per jaar. Ongeveer 11% verdient tussen de $20.000 en $30.000, en ongeveer 18% verdient meer dan $30.000 (van wie 1,7% boven de $100.000). De rest van de cijfers kun je hier vinden, maar ik denk dat dit een goed idee geeft van wat er in deze specifieke niche te verdienen valt en wat je kunt verwachten. Coleman zelf zei dat ze meer dan $100.000 per jaar verdient, waarvan het grootste deel afkomstig is van het geven van online cursussen. Het is goed om te weten dat enkel het illustreren van (prenten)boeken misschien niet voldoende zal zijn om in je onderhoud te voorzien, maar als je je inkomen aanvult met andere klussen, kan het zeker (meer daarover later).

In elk geval is het zo dat als je bijvoorbeeld een prentenboek illustreert in de VS je ongeveer 5-10 keer zoveel zal verdienen als wanneer je een boek illustreert in Nederland of België. In mijn ervaring zijn de honoraria in Europa (vooral in Nederland en België) voor illustratie en kunst veel lager dan in de VS. Dus, als je meer geld wilt verdienen met kunst of illustratie kun je beter met klanten in de Verenigde Staten werken. In Nederland zul je ergens tussen de €500 en €3.000 verdienen voor het illustreren van een prentenboek, hoewel er ook andere bedragen zijn. Soms bieden ze je geen voorschot en alleen royalty’s.

Illustrator Ben O’Brien (UK) heeft een paar jaar lang een enquête onder illustratoren. In de laatste enquête van 2020 leren we dat 40% van de illustratoren minstens 20.000 pond per jaar verdient.
Met meer dan 12 jaar ervaring als professioneel illustrator zit ik in de 40% groep, maar ik verdiende niet zoveel in de eerste paar jaar. Zoals ik al zei, je moet het in de juiste context zien: ik woon in Nederland. We betalen hier veel belasting, vooral als freelancers: ongeveer de helft van alles wat ik verdien gaat naar de overheid. Als je bijvoorbeeld in het Verenigd Koninkrijk woont, betaal je veel minder belastingen, wat betekent dat je een groter deel van de betalingen die je ontvangt zelf mag houden. Botweg gezegd, ik moet meer uren werken voor hetzelfde bedrag in vergelijking met een freelancer in Hong Kong, UK of USA. Maar een illustrator uit Israël betaalt nog meer belasting dan ik, dus moeten zij nog meer werken voor hetzelfde bedrag. Het hangt voor een groot deel af van waar je woont hoeveel je verdient na aftrek van belastingen, maar ook de kosten voor huisvesting, gezondheidszorg, voedsel, enz. bepalen voor een groot deel hoeveel je moet verdienen.

Goede aanvulling op je inkomen: lesgeven

Als je meer geld wilt verdienen raad ik je aan om (online) les te geven of te coachen. Het lesgeven in creativiteit en kunst is booming op het moment, en uit mijn onderzoek kan ik concluderen dat je met het lesgeven je inkomen enorm kunt aanvullen, dan wanneer je alleen werkt als kunstenaar of illustrator. Een paar docenten die ik ken verdienen rond de €100.000 per jaar (na belastingen en alles), hoewel ook dat erg kan verschillen.
Als lesgeven je ding is, raad ik je aan om eerst ervaring op te doen als een werkende illustrator/kunstenaar. Er zijn veel docenten die niet als kunstenaar of illustrator werken en soms ontbreekt het hen daarom aan ervaring en praktische kennis. Beginners zullen dit niet opmerken, maar zodra je studenten krijgt die wat meer ervaren zijn, zal je geloofwaardigheid afnemen. Ik heb zelf heel wat online cursussen gekocht die werden gegeven door mensen die niet echt wisten waar ze het over hadden, dus ook als je een online cursus koopt: controleer de ervaring en geloofwaardigheid van de docent.

Geld verdienen op Patreon als illustrator

Een andere manier om meer geld te verdienen als illustrator is Patreon. Om goed geld te verdienen op Patreon, moet je eerst een trouw publiek hebben. Ik heb Patreon zelf geprobeerd in 2020. Met een volgersaantal van 130.000 mensen op Instagram lukte het me toch niet om een groot genoeg publiek op te bouwen, om ervoor te zorgen dat ik betaald kreeg voor de uren die ik investeerde in het maken van content voor het platform.
Maar goed nieuws: dit hangt helemaal af van je soort publiek én wat je te bieden hebt. Een andere illustrator verdient meer dan €5.500 per maand met haar Patreon, dankzij 600+ patrons, met een Instagram-publiek rond de 40.000 mensen. Het verschil was dat zij zich richt op lesgeven en een community aanbiedt.
Er zijn illustratoren op Patreon die €20.000 per maand verdienen, maar de meesten verdienen minder. En dan zijn er illustratoren die er veel tijd in steken en €40 verdienen. Het is moeilijk te zeggen hoeveel je kunt verdienen op een platform als Patreon, maar één ding is zeker: je moet hard werken om de bal aan het rollen te krijgen. Als je weet waar mensen naar op zoek zijn en je kunt het ze geven, dan heb je goud in handen.
Conclusie: als je de vaardigheden hebt om anderen over kunst te leren, dan is online lesgeven een manier om goed geld te verdienen als illustrator of kunstenaar.

Kun je leven van illustraties maken?

Terug naar waar we begonnen, want dit gaat niet over wat illustrator A of kunstenaar B verdient. Kun je je brood verdienen met illustratie of kunst? Jazeker, maar het duurt vaak even voordat het dieseltje op gang is (in mijn ervaring). Maar stel deze vraag aan een online kunstdocent met een flink aantal klanten, of iemand die commerciële illustraties maakt, en ze zullen je iets anders vertellen. Dat komt omdat het afhangt van wat voor soort illustrator je het vraagt: een karakterontwerper bij een animatiestudio, iemand die illustraties maakt voor reclame, een fulltime kunstdocent, een kinderboekenillustrator, een wenskaarten-ontwerper, enz. Er zijn zoveel verschillende gebieden binnen de illustratiewereld en dat brengt zeer verschillende salarissen met zich mee.
Als je een schatting wilt van hoeveel je kunt verdienen, vraag het dan aan een kunstenaar die precies in het vakgebied zit waarin jij je wilt begeven en die ook in hetzelfde land woont als jij (of het land waar jij belasting betaalt). Dat is heel belangrijk!
Denk eraan: getallen betekenen niets als je niet weet hoe ze het moeten uitgeven en hoeveel er van dat bedrag overblijft nadat ze hun rekeningen hebben betaald.

Hoeveel geld heb jij nodig?

Mijn beste tip is om eerst te begrijpen hoeveel je nodig hebt om jezelf te onderhouden. Toen ik begon, keek ik zorgvuldig naar wat ik elke maand uitgaf. Ik schreef mijn uitgaven op voor huur, verzekeringen, gezondheidszorg, boodschappen, enz. Ik berekende hoeveel geld ik nodig zou hebben als ik ziek zou worden, voor mijn pensioen, om geld opzij te zetten voor bedrijfsinvesteringen zoals een nieuwe computer en benodigdheden, om een accountant in te huren. Voeg ook wat extra toe aan je kosten voor onvoorziene uitgaven: er zullen altijd kosten zijn die je van tevoren niet had verwacht, geloof me.
Zoek vervolgens ook uit hoeveel belasting je moet betalen en hoe dat systeem in jouw land werkt. Hoef je alleen een percentage te betalen van elke factuur die je verstuurt, of moet je elk jaar extra belasting betalen over de winst die je hebt gemaakt? Ik vermenigvuldig de kosten van mijn uitgaven (en al het andere dat ik net noemde) met twee, aangezien ongeveer de helft van wat ik verdien aan mijn regering moet worden betaald. Als ik daar niet aan had gedacht voordat ik met freelancen begon, was ik binnen mijn eerste jaar failliet gegaan.
Ik raad je ten zeerste aan om hulp in te schakelen van een financieel adviseur die het een en ander weet over freelancen, voordat je jezelf lanceert in een carrière in de kunst. Als je eenmaal weet hoeveel je moet verdienen, kun je beslissen welke route je gaat volgen.

Ik hoop dat dit je helpt!

Veel groetjes en succes,
Marloes

Wil je meer tips en creatieve ideeën in je inbox?

Ontvang elke maand mijn nieuwsbrief met tips en inspiratie, kijkjes achter de schermen, workshops en nieuw werk.


Thank you for subscribing!